Het gebouw wordt opgedeeld in twee volumes, namelijk het opslaggedeelte en het gedeelte met logistiek, werkplaatsen en kantoren. Het volume van de opslag krijgt een horizontaal karakter mee die door horizontale belijning wordt voorzien van een terughoudende donkere kleurstelling. Het kleinere volume waar de expeditie, werkplaatsen en kantoren gelegen zijn, heeft een heldere en lichte structuur met een transparant karakter. Rustend tegen het grotere volume van de opslag kijkt het kantoor uit over het aanliggende groen en water. Door de transparante façade opent het gebouw zich naar de omgeving; en andersom.
Groene zone
De situering van het gebouw op het perceel biedt ruimte om een groene zone in te richten tussen het gebouw en de aangrenzende waterpartij. Deze groene zone is ingericht met bomen, bossages en natuurlijke oevers. Aan de oostzijde van de expeditie en het kantoor is een groenzone opgenomen van twaalf meter. Aan de noordzijde van de opslag betreft dit een zone van vijf meter.
Parkeren uit het zicht
Het lagere, transparante kantoorvolume voor de hogere opslag zorgt voor een natuurlijke overgang. De groene zone versterkt deze overgang. Door het positioneren van de parkeerplaatsen onder de kantoorruimtes en de opslagruimte verdwijnen deze uit het straatbeeld. De laaddocks van de expeditie liggen half verzonken in het maaiveld en zijn deels opgenomen in het kleinere volume.
